Dotteren is een operatie om de ader van je hart weer open te krijgen. Je arts rekt hiervoor het afgesloten stuk van je ader op. Dat doen ze met een ballon aan een slangetje. Die ballon pompen ze een beetje op. Daardoor rekt de wand van de ader een beetje op. Vaak zet je arts daarna ook een buisje in je ader. Die zorgt ervoor dat de ader na de operatie niet weer smaller wordt.
Het ziekenhuis houdt bij hoe vaak de operatie goed gaat. De operatie ging goed als de ader na de operatie niet weer smaller wordt.
Ziekenhuizen meten ieder jaar hoe goed hun zorg is. Ze moeten deze informatie aan verschillende instanties geven. En ze gebruiken de cijfers om de zorg steeds verder te verbeteren.
Bij een vermoeden van een hartaanval wordt vaak een hartkatheterisatie uitgevoerd. Dit onderzoek wordt ook in het Diakonessenhuis uitgevoerd. Slechts bij een deel van de patienten blijkt de pijn op de borst wordt veroorzaakt door een vernauwing in de bloedvaten van hun hart.
Een vernauwing in de bloedvaten van het hart kan verholpen worden door een dotterbehandeling. Als blijkt dat u een dotterbehandeling nodig heeft, wordt u doorgestuurd naar het UMCU of Antoniusziekenhuis. Patienten die door ons zijn doorgestuurd, komen na die behandeling weer terug in het Diakonessenhuis om te herstellen op de onze afdeling Hartbewaking. De Hartbewaking is een dynamische afdeling met een vriendelijk team professionals dat er alles aan doet om u uitstekende zorg te bieden. Door continu observaties en metingen te doen, worden veranderingen in uw toestand snel opgemerkt en kan, indien nodig, uw behandeling aangepast worden. Het hartritme wordt bewaakt via een monitor naast uw bed. In de centrale verpleegpost wordt dit beeld ook continu bekeken en bewaakt.